top of page

Quick wins en rendabele opties

Ben je in eerste instantie op zoek naar standaardtechnieken waarmee je een aantal 'quick wins' kan halen op energiebesparing? Check dan zeker of je volgende technieken al hebt toegepast binnen jouw zaak? Het gaat om eenvoudige maatregelen die meestal geen ingrijpende aanpassingen of grote investeringen vergen. Ze behalen meestal wel een hoog rendement met een relatief lage investering. Er zijn ook een paar duurdere investeringen opgenomen met een zeker rendement (zoals PV en isolatie).

Let wel, aangezien dit ondertussen 'standaard' technieken zijn, wordt via TERTS geen subsidie verleend voor de installatie ervan. Wie bereid is om een stapje verder te gaan dan de standaard, kan terecht op onze innovatieve techniekenlijst, waar dan wel weer mogelijkheid tot TERTS-subsidie is!

1.

Onderhoud koelsysteem

Regelmatig onderhoud van de koelinstallatie is belangrijk voor een goed rendement: vrij houden van de koelelementen (verdamper) en de condensor van ijs/vervuiling voor een goede luchtdoorstroming en een goed rendement. Vriezers kunnen best regelmatig ontdooid worden. De condensoren van koelgroepen (koelkasten, vriezers, koelgroepen koel- en vriescel) moeten regelmatig stofvrij gemaakt  worden.

2.

Insteltemperatuur koeling keuken

De koeling in de keuken staat op 2°C ingesteld. Door de koeltemperatuur twee graden te verhogen (tot 4°C), zal het verbruik afnemen en kan er elektriciteit worden bespaard. Regelmatig onderhoud van de koelinstallatie is tevens van belang voor een goed rendement. Het vrij houden van de koelelementen (verdamper) en de condensor van respectievelijk ijs en vervuiling/stof zorgt voor een goede luchtdoorstroming en een goed rendement.

3.

Extractie dampkap

Door de extractie van de dampkap nauwgezet manueel in te regelen en ten gepaste tijden te verlagen, kan zeer veel energie bespaard worden. Het verlagen van het debiet met de frequentieregelaar zorgt voor een daling in elektrisch vermogen, en heeft tot gevolg dat er minder opgewarmde lucht wordt geëxtraheerd. Dit heeft een impact op de hoeveelheid warmte die opgewekt moet worden voor de verwarming van het gebouw. Een correcte inregeling waarbij het debiet enkel wordt verhoogd indien nodig (bv. bij hoge activiteit is in de keuken), heeft een impact op zowel de aardgas- als elektriciteitsfactuur. De besparing op elektriciteit is doorgaans hoog; door het debiet met de helft te verlagen, daalt het benodigde vermogen met een factor 8.

4.

Aankoop droogkast

Bij aankoop van nieuwe toestellen moet de meerkost van een investering steeds afgewogen worden met de eventuele, jaarlijkse besparing op de energiefactuur bij aankoop van een duurder toestel. De meerkosten van een warmtepompdroogkast wordt veelal terugverdiend binnen de levensduur van het toestel o.w.v. de gerealiseerde besparing op elektriciteit. Uiteraard is veel afhankelijk van de mate waarin het toestel in gebruik wordt genomen (bv. aantal draaibeurten/jaar).

5.

Insteltemperatuur boiler

De temperatuur voor het sanitair warm water ter hoogte van de boiler staat ingesteld op 50°C. Er wordt aangeraden om deze temperatuur met 10°C te verhogen zodat een temperatuur van 60°C wordt bereikt, ondanks dat er hierdoor meer energie wordt verbruikt. Bij een warmwatertemperatuur van 50°C is er een risico op Legionella-besmetting. Door de temperatuur te verhogen, wordt de ontwikkeling van de bacterie tegengegaan.

6.

Opvolgen energieverbruik

Via energie-ID (Vlaanderen) kan het energieverbruik eenvoudig opgevolgd worden. Door maandelijks, of zelfs wekelijks de verbruiken in te geven, kan men eenvoudig het verbruik analyseren, en zal men eventuele problemen snel kunnen vaststellen

7.

VREG V-test

Via de V-test van de VREG (www.vtest.be) kan men eenvoudig op zoek gaan naar de goedkoopste energieleverancier in functie van het specifiek verbruik. Door dit af en toe te controleren kan heel wat bespaard worden op de energiefactuur.

8.

Energieprijzen en subsidies vergelijken

Prijsvergelijking in detail van zowel gas als elektra. Ook relevante subsidieregelingen nagaan (in NL: ISDE voor warmtepompen; saldering voor PV).

9.

Monitoren van het totaal energieverbruik

Totaal verbruik via de uitlezing van de digitale teller, contact opnemen met netbeheerder. Automatiseren van je energieverbruik per bouwdeel of per toestel is nauwkeuriger en ook mogelijk via een energiemonitoringssysteem. Deze gebruiksgegevens per zaak/sector kan een indicatie zijn dat er op dat moment echt een te hoge rekening is voor het soort zaak. Maar voorzichtig, het hangt af van het gebruik van de zaak: hoe lang is men open, welke dagen, aantal weken op jaarbasis dat men sluit, dag/nacht verbruik (zie basissheet EMS).

10.

Timer op vliegenval

Efficiënt gebruik van bepaalde apparatuur is belangrijk. Tijdens het werk zijn er minder vliegen aanwezig, waardoor vliegenval vaak niet efficiënt is. Het voortdurend branden van een vliegenval is dus overbodig.

11.

Toekomst synthetische koelmiddelen

Belangrijk bij het aankopen van nieuwe of tweedehands installaties (indien van toepassing)

12.

Onderhoud koelinstallaties, airco's en ventilatieunits

a. Controleren of er geen koelmiddellekkages zijn. b. Reiniging condensor (buitentoestel) met perslucht of borstel c. Controleren van het koelelement op dichtvriezen. d. Bij airco filters in het binnen toestel reinigen e. Controleer en reinig ook de lekbak f. Vervangen van versleten deurdichtingen koelkasten en vriezers.

13.

Opstelling van de koelgroepen

Liefst buiten voorzien (let op geluidsoverlast voor de buren, en wetgeving van de gemeente). Koelgroepen die binnen opgesteld staan, zien dat deze ruimte voldoende geventileerd is zodat de warmte weg kan. Hoe hoger de temperatuur, hoe hoger het verbruik.

14.

Verder isoleren van de verwarmingsbuizen

De warmte die geproduceerd is, hoort enkel afgegeven te worden in de ruimte met de afgiftepunten. Indien een deel van deze warmte al verloren gaat voordat het deze ruimte bereikt, spreken we van warmteverlies. Deze vorm van warmteverlies wordt veelal veroorzaakt door ongeïsoleerde leidingen. Indien deze leidingen wel geïsoleerd worden, zal het rendement van de verwarmingsinstallatie toenemen.

15.

Verlichtingen en LED

Ondernemers kunnen relampen, waarbij lampen worden vervangen maar armaturen blijven bestaan  (zoals bij leds) of relighten waarbij de gehele verlichting wordt aangepast, eventueel gebruik makend van aanwezige aansluitingen. Verouderde verlichting (zoals tl-buizen) zijn grootverbruikers en verspillen tevens een groot deel van hun energie aan warmteproductie. Om de energiekosten te verlagen, is het gunstig om al deze verlichting te vervangen door LED verlichting. LED verlichting is er onder andere in 12V en 230V. Het is belangrijk om bij het vervangen van de bestaande verlichting op te letten naar de type verlichting. Veel verlichting is één op één te wisselen voor LED (230V), maar voor de 12V verlichting is het toevoegen van een transformator noodzakelijk .

16.

Sensoren toepassen om energie te regelen

Het regelen van licht en temperatuur per ruimte en per tijdseenheid (dag, nacht, als er mensen aanwezig zijn) zal de energiekosten verlagen. Het toepassen van sensoren is hiervoor een goede investering. Installaties kunnen aangesloten worden met een tijdschakelaar, waardoor er buiten werktijden geen energie gebruikt wordt. Indien een installatie 24/7 moet functioneren, is dit uiteraard niet van toepassing. In ruimtes waar niet constant activiteit is, kan er een lichtsensor geplaatst worden. Op deze manier gaat de verlichting enkel aan wanneer er aanwezigheid gedetecteerd wordt en omgekeerd. Hierdoor wordt de verlichting zo efficiënt mogelijk gebruikt. Dit geldt ook voor verwarming-, koel- en/of ventilatiesystemen, waar een sensor bij raam- of deursluiting zorgt voor het afslaan van het systeem. Hierdoor wordt het onnodig in werking zijn van het systeem tegengegaan. Tip: niet standaard de thermostaat kraan op “hoog” zetten.

17.

PV-installatie

Wel een behoorlijke investering, maar zeker rendement. Het toepassen van een pv-installatie (zonnepanelen) is een investering waar wel een subsidie voor mogelijk is. Middels een pv-installatie kan er energie opgewekt worden voor eigen gebruik waardoor de energieafname bij de netbeheerder afneemt. Belangrijk om in acht te nemen is de wetgeving rondom het toepassen van pv-installaties op de betreffende locatie.

18.

Beglazing

Het vervangen van enkelglas of verouderd dubbelglas naar HR++ glas is een investering  waarbij de isolerende schil van de woning verbeterd wordt. Enkel of verouderd dubbelgas heeft een lage isolatiewaarde en laat hierdoor relatief veel warmte door. Wanneer deze beglazing vervangen wordt door HR++ beglazing wordt dit warmteverlies gereduceerd en/of geheel voorkomen. Dit betekent een lager energieverbruik.

19.

Isoleren onverwarmde ruimtes en koudebruggen

 Kan wat kosten maar wel nuttig: besparing en meerwaarde pand. Biedt ook comfort, maar geen directe TVT (uitstraling/lifestyle argument). Een groot deel van de warmte in oudere panden gaat verloren aan koudebruggen. Een koudebrug is een verbinding (open of gesloten) tussen een verwarmde ruimte en een onverwarmde ruimte of buiten. Door het isoleren of onderbreken van deze koudebruggen wordt een energieverlies voorkomen waardoor het energieverbruik af zal nemen. Het bepalen van de koudebruggen kunt u misschien geheel zelfstandig, maar u kunt eventueel een expert inhuren en een meting laten uitvoeren. Indien de koudebruggen bekend zijn, kan hier een passende oplossing voor gevonden worden.

20.

Toepassen van een luchtgordijn

Voor veel ondernemers is de openheid van het pand een belangrijk aspect. Echter wanneer de deur constant open staat, gaat er veel warmte verloren door de luchtstroom van binnen naar buiten. Om dit verlies te reduceren, is het mogelijk om boven de ingang een luchtgordijn te installeren. Dit luchtgordijn vormt een barrière voor de luchtstroom waardoor de verwarmde lucht van de ruimte niet of minder snel verloren gaat. Het is van groot belang om bij een installatie als deze regelmatig onderhoud te laten plegen en te zorgen dat deze installatie correct staat afgesteld. Wanneer dit niet het geval is, zal de installatie voornamelijk de buitenlucht verwarmen in plaats van de onderneming of onnodig aan blijven staan. Installeren van speciale schermen of het anders inregelen van het systeem kan een forse energiebesparing opleveren.

21.

Dichten van kieren

Indien de deur van het pand gesloten is (betreft alle toegangsdeuren vanuit buiten), kan er vaak nog warmte ontsnappen door kieren tussen de sluitende delen. Via thermografisch onderzoek (in koude seizoen) kunnen voorbeelden van kieren zichtbaar worden. Glazen deuren sluiten bijvoorbeeld zelden precies op elkaar aan. Een oplossing hiervoor is het plaatsen van eventuele tochtstrippen of deurrubbers. Hierdoor gaat er in gesloten toestand minder energie verloren en hebben gebruikers van het gebouw minder last van tocht.

bottom of page